a
Bestuurders praten vandaag over ouderenzorg van morgen

Bestuurders praten vandaag over ouderenzorg van morgen

Anders denken en doen

Interview voor INN'overijssel Zorg Magazine

Het is vijf over twaalf in de ouderenzorg. Landelijk zijn er zo’n 22.000 senioren die vandaag nog verpleeghuiszorg nodig hebben, maar waar geen plek voor is. Ook in Twente is de situatie nijpend, en tegelijkertijd zijn er mooie kansen. Bestuursvoorzitters Heidi Pot-Witbreuk (Liberein), Patricia Bangma (Zorggroep Sint Maarten) en Rick Hogenboom (woon- en zorgcentrum De Posten) delen hun visie op de toekomst van de ouderenzorg.

De drie bestuurders schuiven aan in het kantoor van Heidi bij Liberein, met uitzicht over de Boulevard 1945 in Enschede. Niet voor het eerst en zeker niet voor het laatst, want ze zoeken elkaar actief op en werken nauw samen. ‘We zien elkaar niet als concurrenten, maar als partners. We hebben elkaar nodig. Van competitieve marktwerking is, zeker in de ouderenzorg, geen sprake meer’, vertellen ze eensgezind. 

‘Er is nog iets veranderd, want eigenlijk dekt die term ‘ouderenzorg’ steeds minder de lading’, gaat Patricia verder. ‘We spreken liever over de zorg voor ouderen, want die zorg is voor ons allemaal. Het is daarmee een maatschappelijk opgave die veel groter is dan alleen de sector ouderenzorg zoals wij deze nu kennen.’ 

Hoe die veranderende maatschappij eruitziet, wat dat vraagt van de ouderen zelf, maar ook van hun naasten en van zorgpersoneel, wordt regelmatig aan deze tafel besproken.

Meer samen

‘Zie je dat gebouw daar?’, wijst Heidi. ‘Dat is het Korteland, huurappartementen die onderdeel zijn van Liberein. Daar wonen mensen die in het oude zorgmodel op het moment dat ze verpleeghuiszorg nodig hebben, zouden moeten verhuizen naar dit hoofdgebouw, om hier verpleegd te worden. Ze kunnen nu blijven wonen in hun eigen vertrouwde omgeving, in hun eigen appartement. De zorg die ze nodig hebben, wordt achter de eigen voordeur verleend. Tegelijkertijd kunnen ze gebruikmaken van onze centrale voorzieningen om elkaar te ontmoeten, zoals het restaurant, het winkeltje en activiteiten. 

Het tekent de nieuwe generatie ouderen, zij verwachten iets anders. Ze willen de regie op hun eigen leven behouden, langer thuis blijven wonen. Dertig jaar geleden pakte je je koffertje en ging je naar het verzorgingstehuis. Deze generatie is gemiddeld genomen ouder, maar zeker ook vitaler. Daar moeten we in mee en ergens is dat ook heel mooi. Kijk, we kunnen een negatief verhaal ophangen over de financiële- en arbeidsmarktkrapte, over dat in 2040 1 op de 3 mensen in de zorg moet werken en dat het aantal mensen met dementie de komende jaren groeit met veertig procent. Maar wij zien de huidige tijd juist ook als kans. We móeten het anders gaan doen, zodat mensen zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Meer samen. Wij als organisaties, maar ook samen met gemeenten, burgers, woningcorporaties en welzijnsorganisaties.’

‘Wat is jouw recept voor anders denken en doen in de zorg?’

Heidi Pot-Witbreuk, Liberein

Volgens Heidi is de ouderenzorg zoals we die kennen uit de tijd van de verzorgingsstaat, ingehaald door de realiteit. ‘Naast de kwaliteit van zorg is kwaliteit van leven een bepalende factor geworden. Dat vraagt een andere manier van denken en doen. Van zorgmedewerkers, van ouderen zelf en van hun naasten. Zorgmedewerkers moeten wennen aan het delen van taken en het erbij betrekken van familie. Belangrijk zijn daarom het gesprek en het begrip voor elkaars perspectieven en behoeften.’

Ouderen-hub

Dat ‘samen’ krijgt volgens Rick bij De Posten steeds verder vorm. De Posten koos ervoor enkel nog de locatie in de wijk Wesselerbrink in Enschede-Zuid te behouden. Die plek fungeert nu als ouderen-hub in de gehele wijk. ‘De geschiedenis van de verpleeghuiszorg is medisch, nu gaat het over welzijn en regiebehoud’, vertelt hij. ‘In 2022 is het aantal verpleeghuisplaatsen bevroren op 130.000 plaatsen. De Posten heeft 352 verpleeghuisplaatsen. Niet genoeg voor de groeiende wachtlijsten. De toenemende behoefte aan verpleeghuiszorg zal dus vooral thuis in de wijk moeten plaatsvinden.’

Patricia: ‘Bij Zorggroep Sint Maarten hanteren we eenzelfde model. Wij zitten vooral in de dorpen en daar zie je van oudsher al dat ‘noaberschap’ sterk is, daar hebben we rondom ouderen zeker baat bij. Maar ook in het wat grotere Oldenzaal komt de centrale functie nu goed van de grond bij ons. Onze locatie is een natuurlijke uitvalsbasis voor de wijk. Een plek waar het gemeenschapsgevoel versterkt wordt, waar familie helpt. Tegelijkertijd merk ik nog wel dat de omslag in manier van denken nodig is. Soms kom je die verzorgingsstaat van Drees weer tegen. Dat mensen denken: ‘Zo, ik heb er mijn hele leven voor gewerkt, nu is het moment daar en heb ik recht op zorg.’ Uiteraard willen we hen dat recht niet ontnemen, maar niet alles kan hetzelfde blijven. Dat besef is nodig. Het helpt echt als mensen die communities omarmen, zodat je niet meer alleen bij ons komt als het echt niet meer gaat. We willen af van het institutionele verpleeghuis, dat voor sommigen nog een schrikbeeld is.’

Proeftuin

De ouderenzorg vraagt dus om verandering en daarbij hoort bestuurlijk lef. De bestuurders noemen een aantal voorbeelden. Heidi: ‘We hebben in verschillende ‘proeftuinen’ een nieuwe vorm van langer zelfstandig thuis wonen ontwikkeld: VPT, oftewel Volledig Pakket Thuis. Hierbij huren ouderen een woonruimte bij ons en ondersteunen we ze om zo zelfredzaam mogelijk te blijven. We maken gebruik van het eigen netwerk van de cliënt en vrijwilligers, (digitale) hulpmiddelen en informele zorg. Pas daar waar technologie niet kan bijdragen aan zelfredzaamheid, en de cliënt en het netwerk het niet zelf kunnen, zetten we onze professionals in. De proeftuin is bedoeld om van de praktijk te leren. Wat gaat er goed? En wat loopt er nog niet lekker of kan beter? Daarover gaan we in gesprek.’ 

Patricia: ’Een doelgroep die we bij dit soort ontwikkelingen zeker niet moeten vergeten, zijn onze eigen medewerkers. Die zijn toch vaak opgeleid met de gedachte: ik moet zorgen voor mensen. En niet: hoe kunnen ouderen zo lang mogelijk goed voor zichzelf zorgen? Daar moeten we voortdurend met hen over in gesprek blijven, heel belangrijk.’

Hoogleraar Jan Rotmans

Tip van Patricia Bangma

‘Wij alle drie vinden Jan Rotmans enorm inspirerend en ook hoopgevend. We leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk, dat is wat hij voortdurend benadrukt.’

Eén auto

Volgens Heidi, Patricia en Rick fungeren de coöperatieve samenwerkingsverbanden, waarbinnen laagfrequente en hoogcomplexe zorg georganiseerd wordt, steeds beter. Heidi: ‘De Zorgschakel in Enschede is een mooi voorbeeld. Livio, Manna, De Posten en wijzelf organiseren nachtzorg samen. Niet meer vier auto’s die ’s nachts dezelfde straat inrijden, maar één. Veel efficiënter en minder kostbaar. Daardoor houden we de zorg toegankelijk en betaalbaar.’

Ook THOEZ Twente, een zorgsamenwerking rondom Almelo en Hengelo waarin naast Carintreggeland, TriviumMeulenbeltZorg, Zorgaccent en Zorggroep Sint Maarten, ziekenhuis ZGT ook participeert, kwam succesvol van de grond.

De bestuurders en de sector als geheel pakken hun rol, maar het drietal vindt ook dat de bewustwording bij burgers en overige stakeholders nog veel aandacht verdient. ‘We hebben als samenleving een belangrijke rol’, zegt Heidi. ‘We vragen iedereen dan ook nadrukkelijk na te denken over de toekomst en mee te bewegen in de gewenste verandering. Samen geven we vorm aan de zorg van de toekomst.’

Bron: INN'overijssel Zorg Magazine